Voor Nettie de Leeuw op haar 95e verjaardag
Elise Zilverberg was jouw grootmoeder, al heb je haar nooit gekend. Ze overleed twee maanden voor jij werd geboren. Hermine Zilverberg was mijn overgrootmoeder en ik heb haar natuurlijk ook nooit gekend. Zo zijn we dus aan elkaar verwant, door de zussen Elise en Hermine. Maar niet alleen via hen.
Het is niet veel dat ik je over de zussen kan vertellen. Brieven of dagboeken, als ze die al schreven, zijn niet bewaard gebleven. Er is geen enkel geschreven document en tot voor kort had ik geen enkele foto. Ik kan dit verhaal daarom alleen baseren op officiële gegevens, geboorte-, huwelijks en overlijdensdata en dergelijke.
Elise en Hermine (officieel was haar naam Hermina) hadden behoorlijk veel met elkaar gemeen. Ze verschilden tien jaar in leeftijd – Elise was van 1850, Hermine van 1860 – en Hermine trouwde zes jaar na haar oudere zus met een broer van Elise’s man. Elise was in 1879 in Almelo getrouwd met slager Louis de Leeuw, Hermine trouwde in 1885 in Enschede met zijn jongere broer Izaäk, ook al slager. Herman de Leeuw, jouw vader, geboren in 1887, was een neef van mijn grootvader Arnold de Leeuw die vijftien maanden eerder geboren was. Het begint je misschien te duizelen – maar duidelijk is dat we dankzij de huwelijken van de twee zussen Zilverberg met twee broers De Leeuw dubbel aan elkaar verwant zijn.
Elise en Hermine waren opgegroeid in een groot gezin. Hun ouders Machiel Zilverberg en Saartje de Vries kregen tussen 1839 en 1860 dertien kinderen. 13! Voor hun echtgenoten Louis en Izaäk gold hetzelfde: hun ouders Abraham Marcus de Leeuw en Betje Fuldauer kregen tussen 1849 en 1869 elf kinderen. In het gezin van Machiel & Saartje ‘zat’ Elise als zesde of zevende kind ‘in het midden’, Hermine als laatstgeborene helemaal aan het eind. Elise was tien jaar oud toen Hermine in juni 1860 werd geboren, en ze zal het opgroeien van haar kleinste zus dus bewust hebben meegemaakt. Tussen haar en Hermine waren drie zussen en twee broers geboren… maar bij de geboorte van Hermine waren nog slechts twee zussen in leven.
Er stierven veel kinderen in dat gezin. Tegenwoordig ligt in ons land de zuigelingensterfte (kinderen jonger dan één jaar) net beneden de vier per duizend levend geboren kinderen, zeg 0,4%. Dat is wel anders geweest. In het midden van de 19e eeuw bedroeg de gemiddelde zuigelingensterfte 20% met in warme zomers uitschieters naar 25%. In Twente lag het gemiddelde onder de 15%. Het overlijden van baby’s en peuters was in die tijd een betrekkelijk normaal verschijnsel.
Maar niet in Joodse gezinnen. Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat in Amsterdam, in Venetië en elders in Europa de zuigelingensterfte in Joodse gezinnen beduidend lager, soms veel lager was dan in niet-Joodse gezinnen. Waarom, waardoor? Het al dan niet geven van borstvoeding lijkt een belangrijke factor te zijn geweest. Maar het verschil in sterfte is nog niet met zekerheid vastgesteld.
In het gezin van Machiel en Saartje Zilverberg werden, ik heb het al gezegd, dertien kinderen geboren. Dat wil zeggen: het tweede, in november 1840 doodgeboren kind meegeteld. Van de twaalf levendgeborenen overleden er drie na enkele dagen of weken: Izaak in het voorjaar van 1851; Jette na Izaak in april 1852 en Abraham in december 1855, hij had één dag geleefd. De zuigelingensterfte bedroeg in dit gezin dus 3/12, een kwart van de levendgeborenen. Overigens werden sommigen uit dit gezin behoorlijk oud. Sophia, in september 1853 geboren tussen Jette en Abraham, was 89 jaar toen ze in maart 1943 in Sobibor werd vermoord. Ze was gedeporteerd vanuit de psychiatrische inrichting ‘Groot Graffel’ in Warnsveld en het enige van de twaalf kinderen dat ten prooi viel aan de Holocaust.
En de twee gezusters? Ik heb ook gekeken naar hun gezinnen. Elise en Louis kregen tussen 1880 en 1889 acht kinderen, jouw tante Betje was het eerste, je vader Herman op één na het laatste. Alle kinderen werden in Stad Almelo geboren. Hermine en Izaäk kregen, ook in Almelo, tussen 1886 en 1904 vijf kinderen, mijn grootvader Arnold was het eerste. Het kinderaantal was dus, vergeleken bij de vorige generatie ongeveer gehalveerd. Gold dat ook voor de zuigelingensterfte?
Helaas, nee. Van Hermine en Izaäk stierf één kind voortijdig, Jacob. Hij leefde in oktober 1904 maar twee dagen. Bij Elise en Louis was de zuigelingensterfte dramatisch hoog. Ieder tweede kind overleed. Machiel stierf in december 1881, twee maanden oud; Michael leefde in 1884 vier maanden; Sallo in 1886 en Johanna in 1889 werden ieder slechts één maand oud.
Er is tenslotte nog één frappant gegeven. Hoe ‘close’ de zussen Elise en Hermine waren weet ik niet. Zij hadden immers nóg drie zussen: Johanna (1844-1910), Sophia (1853-1943) en Henriëtte (1857-1940). Het kan toeval zijn, het kan niets te betekenen hebben. Maar toch: Elise overleed, 72 jaar oud, in Enschede op 6 november 1922. Hermine was tien jaar jonger en overleed in Almelo zes dagen later.
NASCHRIFT, mei 2022:
Dankzij Leonie Hennekes, evenals ik achterkleinkind van Hermine, beschikken we nu over een statige foto.
Bronnen, literatuur
WieWasWie.nl; Max van Dam, Rechovoth, Israël.
Renzo Derosas, ‘Watch Out for the Children! Differential Infant Mortality of Jews and Catholics in Nineteenth-Century Venice’, in Historical Methods: A Journal of Quantitative and Interdisciplinary History 2003:3, Vol 36 (30 maart 2010), pp. 109-130.
Peter Ekamper & Frans van Poppel (NIDI), ‘Sociaal-economische ongelijkheid in Amsterdam? Zuigelingensterfte als indicator, gebaseerd op het bevolkingsregister van 1851,’ Paper 13 november 2013.
P. E. Treffers, Zuigelingensterfte en geboorten in de 19e en begin 20e eeuw. Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:2788-94.
Bewerkt 7 mei 2022
VEREENVOUDIGD PARENTEEL van MACHIEL ZILVERBERG
Machiel Zilverberg, Hoogeveen 1809 – Enschede 22.01.1871; zaakwaarnemer. (Zoon van Heiman Zilverberg en Kaatje van der Horst.) x Hoogeveen 29.04.1836 Saartje (Sara) de Vries uit Nordhorn, geb. ca. 1818
Kinderen:
1 Mozes Zilverberg, Enschede 8.05.1839 – Enschede 29.12.1870 (31, koopman)
2 Nn Zilverberg, doodgeboren dochter 0 jaar, 24.11.1840
3 Heiman Zilverberg, Enschede 18.04.1842 – Almelo 25.09.1858 (16)
4 Johanna Zilverberg, Enschede 5.10.1844 – Zwolle 17.02.1910 (65, modiste)
x Enschede 20.12.1892 Ruben Troostwijk (Zwolle ca. 6.02.1845)
5 Salomon Zilverberg, Enschede 29.04.1846 – Enschede 13.03.1829 (82, koopman)
x Enschede 13.01.1881 Pauline Bendix (Burgsteinfurt 14.04.1852)
6 Jacob Zilverberg, Enschede 18.03.1848 – Enschede 20.01.1902 (53, koopman)
x Neukirchen (D) 12.12.1882 Mina Eppinghausen (Olsberg 18.09.1852)
7 Elise Zilverberg, Enschede 2.01.1850 – Enschede 6.11.1922 (72)
x Almelo 17.12.1879 Louis de Leeuw
8 Izaak Zilverberg, Enschede 28.03.1851 – Enschede 12.05.1851 (6 wk)
9 Jette Zilverberg, Enschede 15.04.1852- Enschede 19.04.1852 (4 dg)
10 Sophia Zilverberg, Enschede 12.09.1853 – Sobibor 5.03.1943 (89)
x Enschede 15.08.1890 Bernard Mainzer (Borculo ca. 1860)
11 Abraham Zilverberg, Enschede 8.12.1855 – Enschede 9.12.1855 (1 dg)
12 Henriette Zilverberg, Enschede 27.01.1857 – Deventer 17.05.1940 (83)
x Enschede 20.03.1894 Salomon Visser (Deventer ca. 1865, slager)
13 Hermina (Hermine) Zilverberg, Enschede 29.06.1860 – Almelo 12.11.1922 (62)
x Enschede 22.12.1885 Izaäk de Leeuw Azn.
John,
Vakwerk, duidelijk en overzichtbaar. Benijd je kennis,
Groet,
John Max Kellerman.
Dank je John.
Onder de indruk van uw site!!
Ik onderzocht de familie Zilverberg en ik mis in bovenstaande lijst het eerst geboren kind van Machiel Zilverberg en Sara de Vries: Kaatje Zilverberg * 5-5-1837 Enschede – 1-3-1903 Almelo X(6-6-1866 Almelo) Michael Isaak de Bruin * 14-3-1839
http://www.familiezwaga.nl/individual.php?pid=I109350&ged=import1.ged
mvg
Leo
Wat leuk om dit te lezen. Ik ben een achterkleinzoon van Jacob Zilverberg. Voor mij dus ook een klein stukje familiegeschiedenis.